Bereiden:

Voorbereiding(5 uur van te voren)

1. Schil de uien en teentjes knoflook. Snij twee uien in ringen, de overige twee in partjes. Snij de knoflook in dunne plakjes.

2. Meng de kruiden en snijd het vlees in blokjes van ongeveer 2,5 cm. Meng de vleesblokjes goed met het kruidenmengsel, dan samen met de uienringen en plakjes knoflook in een kom doen. Vul met mineraalwater en 30 ml wijnazijn en marineer ongeveer 5 uur.

Tijdens het barbecueën

Je hebt nodig Grill • metalen spiesen Verwarm de grill voor om direct te grillen en snijd het spek in stukjes van 2 cm. Was en reinig de paprika's en snijd ze in hapklare stukjes. Haal de vleesblokjes uit de marinade, Duw ze afwisselend met het spek en de paprika's op de metalen spiesjes.

3. Gril de spiesen in directe hitte met het deksel ongeveer 6 tot 8 minuten gesloten. Af en toe keren.

4. Meng de overgebleven wijnazijn met de neutrale olie. Voeg gehakte dille en peterselie toe aan de uienpartjes, meng alles en breng op smaak met peper en zout. Giet de gemarineerde uien over de gekookte spiesjes.

Bereiden:

1. Verwarm de grill goed voor.

2. Week houten spiesen in water. Was de paprika's. Schil en snipper de ui. Snijd de paprika en het spek in blokjes. Snijd de braadworst in plakjes van 3 cm. Leg afwisselend de worst, het spek en de paprika op de spiesen.

3. Meng de olie, citroensap en paprikapoeder en bestrijk de spiesen met een kwast. Gril de spiesen 10 minuten en draai ze om de 2-3 minuten. Haal van de grill en breng op smaak met knoflookpoeder.

    

Bereiden:

1. Pel de ui en snijd in 8 partjes. Snijd de aubergine in plakjes, bestrooi met grof zeezout en laat 1 uur uitlekken.

2. Snijd de courgette in schijfjes. Vermeng ze met 2 eetlepels olijfolie, de knoflook, de kruiden en de uitgelekte aubergines, de partjes ui en de laurierblaadjes. Laat ± 1 uur marineren.

3. Rijg de ui, aubergine en courgette op spiesjes. Rooster de spiesjes beetgaar. Rooster de kerstomaten.

4. Bestrijk de koteletten met wat olijfolie. Kruid met peper, zeezout en een vleugje nootmuskaat.

5. Bak ze in een grillpan of in een pan met dikke bodem of BBQ. Werk af met Provençaalse kruiden.

Voorbereiding dag van te voren

1. Snijd de ui in grove stukken
2. Hak de rode peper fijn
3. Verwarm de olie en bak hierin de laos, djinten, ketoembar, koenjit en de rode peper (of sambal) even licht aan
4. Bak de ui daarna even mee, samen met 1 el ketjap. Wacht tot de ui zacht is geworden en haal het van het vuur.
5. Vermeng in een grote kom de goela djawa met de rest van de ketjap. Dit wordt de marinade. Voeg  het citroensap toe
6. Snijd de gember in plakjes (schil hoef je er niet af te halen) en knijp de knoflook uit met een knoflookpers en voeg het bij de marinade
7. Nu mag het uien-kruiden mengsel en het zout erbij. De marinade is nu klaar
8. Snijd de hamlappen in blokjes. Doe dit niet te grof, een Indische saté babi is sierlijk en heeft elegante kleine stukjes vlees. Vermijd dus dikke hompen vlees maar maak de stukken maatje bitterbal
9. Snijd de speklapjes in smalle reepjes, zodat ze eruit zien als spekjes voor in de stampot. Doe dit dus niet in de lengte, je moet streepjes vlees en vet zien. Het vet smelt straks op de barbecue, maar geeft wel zijn smaak af en zorgt ervoor dat de saté niet droog wordt
10. Doe 1/4 van de marinade over in een kleinere bak. Marineer de hamlapjes in de grote bak en de speklapjes in de kleine. Minimaal 2 uur, maar het lekkerste is om de saté een nachtje in de koelkast te laten marineren.
11. Leg twee uur voor het rijgen de houten satéstokjes alvast in een bakje warm water, zodat de stokjes straks niet in vlammen opgaan. Rijg de stokjes als volgt: 1x hamlapje – 1x speklapje – 2x hamlapje – 1x speklapje – 1x hamlapje
12. Het grillen
13. Bereid de barbecue voor met 2 zones bij voorkeur met houtskool. Zorg voor een keteltemperatuur van 120 tot 150ºC. Heter zou de suikers verbranden.
14. Gril de stokjes rondom totdat ze gaar en mooi bruin zijn.